Zen Boeddhisme over Obsessieve Gedachten
Zen Wijsheid
- Hoe moet je omgaan met obsessionele gedachten die tijdens de meditatie hardnekkig de kop blijven opsteken en een enorme onrust teweeg brengen. Meditatie maakt me niet stil en rustig, ik word er onrustiger door. (1)
- Allereerst wil ik zeggen dat het niet zo is dat op al deze vragen een antwoord gegeven kan worden. Je kunt misschien de vragen in een ander perspectief plaatsen, anders leren beluisteren, maar je krijgt ze uiteindelijk weer terug.
- Over dat obsessionele heb ik een mooi verhaal dat mij verteld werd door een zen-leerling -ik weet het uit de eerste hand- die verschrikkelijke erotische fantasieën had tijdens de meditatie. Dat was één en al obsessie, hij werd gek van de erotiek. De zenmeester zei: probeer eens diep te ademen, probeer eens recht te zitten. Maar het werd hoe langer hoe erger, hij hoefde nog niet te gaan zitten of hij zag de vreselijkste toestanden.
- Toen zei die meester: "Ah ja, kijk me eens aan, wel nu zie ik het ook pas: die fantasieën horen bij jou, dat is zelfs een goed teken! Laat maar komen. En vertel het mij asjeblieft! Maar -zei hij vervolgens- heb je ooit een fantasie gehad waarbij je opeens een vissenkop zag, zo een die zijn bek opendeed?"
- Nee, dat had hij nooit gehad."Oh gelukkig" zei de meester "want dāt is iets verschrikkelijks. Dat betekent dat uw zen-weg totaal de mist in gaat. Ik ben blij dat U dat nooit hebt meegemaakt. Tot de volgende keer."
- Die man komt de volgende keer. En ja, hij zag een vissenkop! Het hoeft maar verboden te worden of je ziet het. En die zenmeester heeft dat nog een tijdje opgefokt, zo van: "dat kān niet en daar moet je tegen vechten". Op den duur zag die man geen enkele erotische fantasie meer. Hij zag enkel nog vissenkoppen. Tot het duidelijk werd wat de zenmeester bedoelde, en hij het gewoon naast zich neer kon leggen.
- Dit verhaal laat zien hoe vreemd we in elkaar zitten. Maakt u zich dus geen zorgen over obsessionele gedachten. Laat het maar op deze manier eruit komen. Het betekent niet dat je zo bent. Integendeel, het betekent eerder dat wij door onze cultuur heel veel dingen hebben leren verdringen. Die duiken op, en als je al heel jong op maat geknipt bent, dan zul je daar je hele leven wel last mee hebben. Doorleef dat maar!
- Ik heb zelf ook allerlei dromen gehad die naar boven bleven komen, met allerlei angsten. En ik dacht vroeger ook: dat gaat over. Maar er gaat heel weinig over. Roken is bij mij over gegaan. En daar houdt het zo ongeveer mee op. Kun je daarmee leven? Ja, daar kun je heel goed mee leven! Heel goed, zo waar als ik hier zit. Laat die obsessionele gedachten komen en lach erom... maar pas op dat je geen vissenkop ziet!
- Het is ook niet erg dat je onrustig wordt. Dāt is ook een obsessie: denken dat je van zen rustig moet worden. Ik ben door zen eerder onrustig geworden, want mijn aard komt er meer uit en ik heb nu eenmaal geen rustige aard. Ik heb geleerd meer mijzelf te worden. Dat is heel bevrijdend. Dat kan voor anderen als onrustig overkomen, maar ik vaar er wel bij en u vaart er ook wel bij. Wees asjeblieft jezelf. Onrust is, net als bijvoorbeeld een neurotisch trekje, op zich neutraal. Het is maar wat je ermee doet. Er is verlammende onrust, en er is creatieve onrust. En een neurose kan een genade zijn.
(1) Drongen, 29.6.1996. Selectie van antwoorden op schriftelijk gestelde vragen tijdens het feest n.a.v. het tienjarig bestaan van Maha Karuna. Verscheen in Zien, nr 5 (herfst 1996)
Verdwenen van: http://home.scarlet.be/~fr012653/mkc/html/vraag_zen_en_gedachten.htm